Mini-herkenningsgids: mezen van Nederland

Paul Bohre

10 november 2022 .

Er leven negen soorten mezen in Nederland en België. Bekend zijn vooral de koolmees en pimpelmees, die ook veel in tuinen voorkomen en broeden. Ook de staartmees zal bekend zijn bij de meeste mensen. Welke andere zes soorten komen er voor en waar maak je vooral kans om ze te zien en te horen?

Pimpelmees
De pimpelmees herken je onder andere aan zijn blauwe petje. Foto: Els Nijhuis

 

Verschil tussen kool- en pimpelmees

De koolmees is de grootste van de twee. Hij is wat steviger gebouwd, heeft een glanzend zwarte kruin (koolzwart, om precies te zijn) en grote witte wangen. Hét kenmerk is de zwarte buikstreep die wel wat wegheeft van een ‘stropdas’. De breedte van die stropdas zegt iets over het verschil tussen het mannetje en vrouwtje koolmees: bij het mannetje is deze buikstreep breder.

De pimpelmees is wat kleiner en heeft een wit omkaderd blauw petje, een zeer donkerblauwe nek en oogstreep. Wat verder opvalt is de blauwzwarte kinvlek en witte vleugelstreep op de helderblauwe vleugel. Ook heeft hij een geheel blauwe staart.

Qua gedrag verschillen de twee ook nogal: de pimpelmees is acrobatischer dan de koolmees en hangt vaak ondersteboven aan takjes en pindasnoeren. Geen van beide vogels is schuw, maar de koolmees lijkt vaak nog net iets nieuwsgieriger en laat zich ook uit de hand voeren.

Bekijk hier een filmpje waarin de verschillen tussen koolmees en pimpelmees uit de doeken worden gedaan.

Koolmees
De koolmees heeft een opvallende zwarte ‘stropdas’. Foto: Getty Images

Verschil in zang

De koolmees zingt al vanaf het eind van de winter een eindeloos herhaald monotoon mechanisch fluitend ‘tie-ta tie-ta’of drielettergrepig ‘tie tie-TA tie-tie-Ta’. Hoe dat koolmees geluid precies klinkt, hoor je in onze podcast over de koolmees. Zang van de pimpelmees een lieflijk en helder riedeltje gevolgd door lange triller (‘belletje’): ‘psiet-sie-serrrrrr’.

Staartmees
Staartmezen komen graag af op vetbollen. Foto: Getty Images

Staartmees

Wie heeft ze niet een keer in de tuin gehad: staartmezen. Ineens zijn ze er, maar ze zijn ook zo weer weg. Bijzonder energieke gezelschapsvogeltjes, snel vliegende ‘pluizenbolletjes’ met een staart die langer is dan hun lijfje. Bij veel vogelaars, en zeker ook in mijn tuin, een graag geziene gast. Altijd druk-druk-druk in de weer, en altijd in groepjes. In de herfst en winter soms wel vijftien exemplaren bij elkaar. Maar zo watervlug, dat je ze bijna nooit goed in de verrekijker kunt krijgen, hoewel ze niet echt schuw zijn. Je kunt ze dan wel naar je toe lokken door ‘psssst’-geluiden te maken. Dan komen ze soms even bij je kijken, maar een paar seconden later zijn ze alweer weg. Meer weten over geluid van de staartmees, luister dan naar deze Roots podcast over de staartmees.

In de winter komen soms witkopstaartmezen voor in de tuin. Het gros van deze meldingen heeft betrekking op de zogenoemde ‘witkoppige’ staartmezen, een tussenvorm tussen ‘onze’ staartmees en de noordelijke witkop. Dit zijn staartmezen die meer dan gemiddeld wit op hun kopje hebben, maar waarvan de kop niet zo spierwit is als die van een witkopstaartmees.

Zwarte mees
Een zwarte mees heeft twee witte vleugelstrepen. Foto: Getty Images

Zwarte mees

Deze kleine mees wil nogal eens aan de zwerf gaan. Eens in de zoveel jaar vindt er dan een invasie plaats vanuit Noord-Europa. Het zijn net als staartmezen nerveuze vogeltjes. Zwarte mezen lijken op koolmezen (ze hebben ook een zwart petje), maar je ziet meteen dat hij net iets anders is. Dat komt door de witte vlek achter op het petje en de kleur: zijn borst is niet geel, maar beige en zonder zwarte stropdas. Ook hebben ze twee witte vleugelstrepen. Normaliter leven zwarte mezen vooral in naaldbossen, soms komen ze ook in de tuin op de voedertafel.

Kuifmees
De kuifmees herken je aan de parmantige kuif. Foto: Getty Images

Kuifmees

Een mezensoort die in het naaldbos voorkomt, is de kuifmees. Een soort die je meestal eerst hoort en dan pas ziet. Ze maken namelijk een heel apart hoog bibberende trillertje: “burrurr-riet”. Het is de enige mezensoort in Europa met een volledig ontwikkelde grijswitte kuif en een zeer kenmerkende zwart-witte koptekening. De bovendelen zijn bruin, onderdelen vuilwit. De kuifmees is een Europese endeem, een soort dus die enkel in Europa en nergens anders ter wereld voorkomt.

Glanskopmees
Glanskopmees. Foto: Getty Images

Glans- en matkopmees

Deze twee mezensoorten lijken zoveel op elkaar, dat men lange tijd dacht dat het één soort was: de zwartkopmees. Aan de hand van de nieuwe benaming zou je misschien denken: appeltje-eitjes, de ene heeft een glanzende kop en de andere niet, maar zo eenvoudig ligt dat helaas niet. Dat hangt weer van de lichtval af. Toch kun je, als je ze goed bekijkt met een verrekijker, deze twee soorten onderscheiden. Zo heeft de matkopmees een grotere zwarte kinvlek, wittere wangen en een lichtgrijze baan over de vleugel. De glanskopmees heeft grijzere wangen, egaal gekleurde vleugels en een kenmerkende lichte vlek aan het begin van de ondersnavel. De glanskop komt in de winter geregeld op voedertafels, de matkop vrijwel niet. Beide zijn standvogel, ze komen voor in loofbos en gemengd bos. De glanskop wat meer in drogere, de matkop vooral in wat nattere milieus.

Matkopmees
Matkopmees, let op de grotere kinvlek. Foto: Getty Images

Baardman en buidelmees: buitenbeentjes in de familie

De baardman en buidelmees zijn de twee buitenbeentjes in de mezenfamilie. Qua postuur hebben ze nog het meest weg van de staartmees. Ze broeden echter niet in bossen, maar langs meren, moerassen en rivieren. De baardman in het riet, de buidelmees in bomen met afhangende twijgen, zoals wilgen. Ze komen niet in tuinen, dus om er één te zien, moet je verder van huis op pad, bijvoorbeeld naar de Oostvaardersplassen of Marker Wadden (baardman) of langs het Ketelmeer in de winter (buidelmees).

Baardmannetje
Baardman mannetje, herkenbaar aan de zwarte hangsnor. Foto: Getty Images

De baardman behoort tot de grote favorieten onder vogelaars. En fotografen! Het mannetje is gemakkelijk te herkennen aan zijn karakteristieke ‘bakkebaarden’ en grijze kop. Het vrouwtje is oranjebruin gekleurd, beiden hebben een lange oranjebruine staart. Een jonge vogel lijkt op een vrouwtje, maar heeft een zwarte rug. Hun heldere bellende roepjes zijn te horen vanuit het riet. Dit kenmerkende geluid wordt ook wel omschreven als ’twinkelend kristal’. In de winter zwerven baardmannen rond en kunnen dan ook gevonden worden in kleinere rietvelden. Buitelend tussen de riethalmen verzamelt deze behendige kleine vogel insecten en zaadjes.

Buidelmees
De buidelmees heeft een zwart maskertje. Foto: Getty Images

De buidelmees is eveneens een opvallende verschijning, met zijn roodbruine mantel en rug en lichtgrijze kop met een opvallend zwart oogmasker, dat vervaagt in de loop van het broedseizoen. Heeft een spitse driehoekige snavel. Het mannetje kenmerkt zich door een roodbruin gevlekte borst en een wat breder masker. De juveniel heeft een bruine kop en geen masker. In de jaren negentig was er een piek met 250 broedparen, dat is intussen gedaald naar 75 paar. De Nederlandse buidelmezen trekken vanaf eind augustus naar zuidwestelijk Frankrijk, vooral naar de monding van de rivier Gironde. Tussen maart en mei keert de buidelmees weer terug. Buidelmezen afkomstig uit Duitsland, Denemarken en Zuid-Zweden trekken in het najaar door met het hoogste aantal in september. In het voorjaar wordt de trek amper waargenomen.

Wat eten mezen?

Door het hogere gewicht en grootte is de koolmees minder acrobatisch dan de pimpelmees of de zwarte mees. De koolmees is dan ook minder in staat om voedsel te bemachtigen op dunne twijgjes. Zij zoeken hun voedsel dan ook op dikke takken en langs stammen, en ook op de grond. Opvallend vaak onder beukenbomen. Ze eten ’s winters vooral zaden, beukennoten en pinda’s, en komen dan ook graag op de voedersilo’s en voerplanken af. Lekkere hapjes verdedigen ze soms agressief waarbij ze hun veren opzetten en vleugels bollen. ’s Zomers rupsen en poppen, spinnen, hooiwagens en andere ongewervelden. Pas uitgekomen jongen krijgen de kleinere rupsen, iets oudere jongen de grotere. Moeten de ouders te ver heen en weer vliegen, dan sorteren ze niet. Uitzonderlijk gedragen koolmezen zich als mini-roofvogels. Ze doden dan wel eens kleinere vogels, hagedissen of kikkers.

Wanneer vliegen jonge mezen uit?

Jonge kool- en pimpelmezen vliegen meestal vanaf begin juni uit. De familiegroepjes blijven nog een tijdje bij elkaar en trekken druk roepend door bossen, parken en tuinen. Even is het dan een drukte van belang, het volgende moment zijn ze alweer vertrokken en keert de stilte terug.

Tips

Zelf mezen mooi op de foto zetten? Roots geeft je tips.

Mezen voeren, doe dat vooral op een verantwoorde manier.

Boekentip: Vogels in onze tuin, door Paul Böhre en Erik van Ommen.

Superleuk boek met fantastisch mooie illustraties van vogels in de tuin van kunstenaar Erik van Ommen. Roots redacteur Paul Böhre vult aan met verhalen, interessante details en weetjes voor zowel de beginnende als de gevorderde vogelliefhebber.

Foto bovenaan: Karin van Rooijen-Dolfing

Vogelmagazine

Vind je vogels kijken leuk, bestel dan het Roots Vogelmagazine, met reuze interessante reportages en tips hoe je vogels kunt vinden en herkennen.

Wat je leest in Roots Vogelmagazine Najaar 2023:

  • De raaf: alles over een miskend genie
  • Zo herken je de 4 snippensoorten
  • 5 Zwanensoorten in beeld
  • Zo fotografeer je zeevogels
  • Gek vogelgedrag verklaard
  • Vogelrijke rondreis op Lesbos

En nog veel meer – dus bestel dit Roots Vogelmagazine snel! Binnen Nederland betaal je geen verzendkosten. 


Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief

Ontvang elke week het laatste natuurnieuws van Roots!


Meer Vogels