5 hotspots voor ooievaars

Daniël Mulder

17 februari 2016 .

Rond 1970 waren ooievaars bijna uitgestorven in Nederland. Maar na een fokprogramma en het uitzetten van deze weidevogels zijn er inmiddels weer zo’n 900 broedparen. En die zijn nu op de versiertoer. Dit zijn de vijf beste plekken waar je ze kunt spotten.

 

Foto: Marjo Steffen

 

1. Reestdal

“De Reest is een riviertje dat zijn eigen gang mag gaan. Daardoor fluctueert de waterstand in het Reestdal en dat maakt het gebied populair bij ooievaars. Bovendien is er een ooievaarsstation waar ’s winters achterblijvers worden bijgevoerd”, vertelt Annemieke Enters die zich inzet voor ooievaars in Nederland.

Waar? Vanaf hotel-restaurant De Havixhorst (Schiphorsterweg 34 in Schiphorst) wandel je via een bewegwijzerde route naar ooievaarsstation De Lokkerij. Mindervaliden mogen met de auto. Rustiger en ook veel vogels: in de buurt van bezoekerscentrum De Wheem (Oud-Avereest 22, bij Balkbrug, landschapoverijssel.nl).

Ook te zien: graspieper, bonte vliegenvanger, wulp en in het trekseizoen de rode wouw.

 

2. Herwijnen

In de buurt van het in 1979 geopende buitenstation broeden zo’n 21 paren. “Het mooiste is om vanaf de Waaldijk naar de begraafplaats te kijken, daar nestelen zeven paren in een hoge treurbeuk’’ vertelt Kees Vos van het buitenstation.

Waar? Op de Waaldijk in Herwijnen.

Ook te zien: vogels op de Waal, onder meer ganzen.

 

3. Beesterzwaag

Het begon met één paar en nu zijn het er wel dertig in de buurt van Beetsterzwaag. “Dat komt vooral doordat er maatregelen zijn genomen, zoals vlakkere oevers en een hogere waterstand. Bovendien zijn er nogal wat oude boerenweides met gevarieerde vegetatie’’, aldus Haye Folkertsma van ooievaars.nl.

Waar? Rijd van Gorredijk richting Lippenhuizen over de Gerdyksterwei, onder meer een broedend paar bij landgoed Harinxma State.

Ook te zien: andere weidevogels, bos- en tuinvogels.

 

4. Den Haag

Wanneer en waarom de ooievaar in het wapen van Den Haag terechtkwam, is onbekend. In elk geval voelt hij zich prima thuis in deze stad. Caroline Walta, vrijwilliger en ringer van de Haagse Vogelbescherming en Stork, telt 14 bezette nesten.

Waar? Overwinteraars op het weiland tussen Marlot en Huis ten Bosch. Maart t/m augustus in Mariahoeve: de nesten aan de Smaragdhorst en Suzannaland.

Ook te zien: slechtvalk en in de parken de boomkruiper, grote bonte specht en ijsvogel.

 

5. Het Zwin en Planckendael

Bioloog Kris Struyf, de ‘vader’ van de ooievaarsprojecten in België, begon in 1990 in dierenpark Planckendael met het introduceren van broedparen. Nu zijn er zo’n 50 bezette nesten. In natuurgebied het Zwin, waar Struyf nu zijn werkplek heeft, zijn jaarlijks zo’n 24 paartjes, waarvan er 14 met succes in het natuurpark broeden.

Ook te zien: in het Zwin (een getijdegebied) kleine zilverreiger, visdief, grote stern, dwergstern, kluut, scholekster, kokmeeuw, schelpdieren, trekvogels.


Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief

Ontvang elke week het laatste natuurnieuws van Roots!


Meer Nieuws