Relmuizen in Gods huis

René Alblas

21 november 2014 .

DOOR: RENÉ ALBLAS

Een relmuis moet je een keer gezien hebben. Net als veel andere muissoorten kan dit diertje in huis overlast veroorzaken en dan zou je de relmuis zomaar kunnen gaan haten. Maar als je hem ziet met zijn grote onschuldige kraalogen, zijn knuffelige vacht en zijn mooie staart wil je geen kwaad woord meer over de relmuis horen. Daar komt nog zijn aandoenlijke, waggelende manier van lopen bij, hij draait zijn pootjes tijdens het lopen naar de buitenkant.

In Nederland komt deze grootste muis van Europa (tot wel 19 centimeter) niet voor maar hier in de Franse Vogezen is het een veelgeziene gast. Eigenlijk heeft bijna iedere bewoner van het buitengebied hier wel met relmuizen te maken. En dat is niet zo verwonderlijk want de diertjes kennen nauwelijks angst voor de mens en voelen zich dan ook direct thuis in een Vogezen-boerderij. Een tijdje geleden hadden ze het op onze bijkeuken voorzien. Een paar planken van de voorraadkast die daar staat hadden ze als verblijfplek uitgekozen en als ik daar iets ging pakken bleven ze gewoon zitten met een blik van ‘wat moet jij hier?’. ’s Nachts renden ze door het huis, het liefst vlak boven onze slaapkamer en van tijd tot tijd hielden ze daar geanimeerde gesprekken (piep piep pieiiiieiiip). Toen ze de plastic bakken met hondenvoer hadden ontdekt werden mijn vrouw en ik wat minder tolerant voor de beestjes. Ze aten de hondenbrokken en bevuilden de ongegeten brokken. Ze moesten nu toch maar eens verdwijnen.

 

Mijn vrouw Ellis bedacht een list. Ze deed in een plactic bak een handje hondenvoer, wachtte totdat een relmuis het deksel opendeed (!) en naar binnen ging en vervolgens plakte ze met stevig plakband de bak dicht.

Maar wat doe je dan met zo’n gevangen relmuis? Ook daar had Ellis een oplossing voor. Ze zette de bak in de auto en reed naar een Mariakapel ongeveer een kilometer bij ons vandaan. En daar werd de relmuis losgelaten, zo kon hij bij de barmhartige Moeder Gods nieuwe huisvesting krijgen.

De dagen erna zetten we steeds de bak met een paar brokjes klaar en steeds was er weer een relmuis die zich liet insluiten. En iedere keer reed Ellis weer naar de kapel. ‘Volgens mij hebben ze het wel goed daar’, vertelde ze nadat ze al voor de vijfde keer heen en weer was gereden. ‘Toen ik aankwam zaten er al een paar op het dakje en toen ik hun nieuwe vriendje losliet waggelden ze er direct op af’. Het leek op een hartelijke begroeting, zoiets van: ‘Ha kom erbij, ben jij ook met de taxi gebracht?’

Na negen relmuistransporten werd het stil in de bijkeuken, en eigenlijk misten we toch wel een beetje die lieve ogen en die mooie pluimstaarten…

 

PS

Inmiddels is de winterslaapperiode van de relmuizen begonnen. Relzmuizen zijn flinke slapers. Ze worden ook wel zevenslapers genoemd, omdat ze gemiddeld van 1 oktober tot 1 mei slapen!


Schrijf je nu in voor de nieuwsbrief

Ontvang elke week het laatste natuurnieuws van Roots!


Meer Blog