De Lowland Photo Contest is er speciaal voor alle natuurfotografen van Nederland en België. Elk jaar selecteert een jury van topfotografen 60 finalisten in verschillende categorieën. Dat leverde dit jaar deze prachtige winnende beelden op.
Dit jaar ontving de jury in totaal 5.209 beelden, ingestuurd door 365 fotografen uit 11 verschillende landen. Voor elk van de 12 categorieën werd een Categoriewinnaar, een Runner Up en drie Highly Commendeds (eervolle vermeldingen) verkozen. Roots toont de overall winnaar en de categoriewinnaars.
De hoofdprijswinnaar LOWPOTY 2025 & winnaar categorie ‘Blauw’
Lowland Photographer of the Year (kortweg LOWPOTY) 2025 is Rob Blanken, met zijn foto van mieren. “Een foto die de jury heel erg kon bekoren: een creatief en inventief beeld, met een bijzonder ook voor detail.”
Winnaar categorie ‘Andere dieren’
Winnaar categorie ‘De wereld’
Winnaar categorie ‘Insecten en kriebelbeesten’
Winnaar categorie ‘Landschap, weer en natuurverschijnselen’
Winnaar categorie ‘Onder water’
Winnaar categorie ‘Mens en natuur’
Winnaar categorie ‘Planten en paddenstoelen’
Winnaar categorie ‘Vogels’
Winnaar categorie ‘Zoogdieren’
Winnaar categorie ‘Abstract, compositie en vormen’
Winnaar categorie ‘Portfolio’
Brochure met de finalisten van 2025
In deze brochure vertellen de fotografen hoe hun beelden tot stand kwamen. Ook staan bij elke foto de technische gegevens vermeld, en staat bij de foto’s van de categoriewinnaars een stukje jurycommentaar.
Meer zien & lezen
- Het winterse weer komt er weer aan? Roots geeft tips voor de allermooiste foto’s van rijp en sneeuw
- Heb je al weleens ijshaar gezien? Zo ontstaat ijshaar, hier heb je de meeste kans het te vinden + inspirerende foto’s.
- Zal er deze winter weer een Elfstedenkoorts uitbreken? Hoewel de kansen hierop steeds kleiner lijken te worden, zijn er ook wetenschappers die spreken over de mogelijkheid van een kleine ijstijd. Hoe dan ook: gelukkig kunnen we elk jaar nog genieten van ijs in allerlei hoedanigheden. Van ruige rijp tot pannenkoekijs.
Foto bovenaan: Albert Dros
