Stel nu je natuurvraag aan Roots, dan zoeken wij het voor je uit. Deze bijvoorbeeld: dagvlinders moeten zich eerst opwarmen in de zon voor ze kunnen vliegen, maar hoe werkt dat bij nachtvlinders?
Roots-expert Kars Veling heeft het antwoord paraat: ’s Nachts is het een stuk koeler dan overdag en een nachtvlinder kan zich niet opwarmen in de zon. Toch moeten vlinders warm genoeg zijn om te kunnen vliegen.
Veel soorten hebben daarom stevige vliegspieren. Door met de spieren te trillen warmen ze zich op tot de juiste temperatuur om te vliegen. Je kunt dat ook zien als je overdag een nachtvlinder verstoort. Dan beginnen de vleugels heel snel en licht te trillen. De dichte beharing die veel nachtvlinders hebben, zorgt ervoor dat de warmte ook goed wordt vastgehouden.
In de zomer zijn de nachten nog relatief warm, maar er zijn zelfs vlinders die in december en januari zijn te zien. Als je in die maanden een zoet stroopmengsel op een boom smeert, kun je binnen een uur na zonsondergang al vlinders erop tegenkomen. De wachtervlinder is één van deze ‘harde’ vlinders en ook de zwartvlekwinteruil kun je er van november tot in maart mee aanlokken.
Heb je ook een leuke natuurvraag? Stel hem aan Roots via [email protected].
Foto: Kars Veling / Vlinderstichting
