Kool- en pimpelmezen in de stad hebben een beter leven dan hun soortgenoten in het bos. Dat is onlangs aangetoond door Engelse wetenschappers. Zij vergeleken de levenssitiuatie van de mezen in de stad Cambridge met die van hun soortgenoten in het Brampton Wood Nature Reserve, een natuurgebied met veel bos.
Wat bleek: de stadsvogels hebben meer te eten omdat ze geleerd hebben minder kieskeurig te zijn in hun menu. Bosmezen eten alleen rupsen en die zijn in een strenge winter lastig te vinden. Het broedseizoen van de stadsmezen blijkt langer te zijn en bovendien leggen ze meer eieren.
Echt verrast waren de wetenschappers met de ontdekking dat stadse mezenkuikens veel sneller uit hun ei kruipen, zij doen daar 17 dagen over, boskuikens maar liefst 32!
Wist je dat er maar liefst negen soorten mezen voorkomen in Nederland en België?