De wind is onzichtbaar, maar toch oefenen de Mistral, de Bora en al die andere krachtige Europese luchtstromen duidelijk hun invloed uit op landschap én mens. Nick Hunt beschrijft het wervelend in zijn reiswandelboek Waar de wind waait.

Reisschrijver Nick Hunt stapt in het Franse Valence uit de trein en de Mistral werpt zich gelijk op hem. Het is voor het eerst tijdens zijn zoektocht naar de belangrijkste winden in Europa dat de wind zo in zijn armen waait. Meestal moet hij dagen te voet van hot naar her wandelen om de Föhn in de Alpen, de Bora in Kroatië of de Helm in Noord-Engeland te kunnen betrappen.

wind

Wind jaagt door de bomen.

Dat Hunt zijn odyssee in Waar de wind waait te voet wilde doen, was voor hem van essentieel belang. ‘Het is geen toeval dat er naast het Engelse woord voor wind, als verwijzing naar de lucht die zich verplaatst, ook de uitdrukking wind your way bestaat: je verplaatsen op de wispelturige manier van de wind.’ En Hunt wil onderweg graag de krachtige hand van de wind in de rug voelen, of er door worden opgetild, zoals hem overkwam tijdens een storm toen hij zes jaar oud was en zijn moeder hem aan de benen greep en hem weer terug op aarde zette.

Brullende beesten

Zwervend door Europa beschrijft hij prachtig hoe de wind de geschiedenis heeft gevormd en hoe het landschap en de mensen erdoor zijn getekend. Zo belandt hij op een avond tijdens zijn speurtocht naar de Bora, ‘een droge, kille wind’ in het Italiaanse Triëst, in het Museo della Bora, ‘dat op geen enkele kaart stond aangegeven’. In dit windmuseum ziet hij hoeveel invloed de Bora heeft op de cultuur. Aan het slot van de rondleiding zegt de museumeigenaar tegen hem: ‘Wind is wanorde. In deze ruimte probeer ik daar orde in te brengen. Tot mijn geluk zal het me nooit lukken.’ Het is de lezer dan al duidelijk: wind doet rare dingen met mensen.

De jacht op het onzichtbare levert een uniek wandelreisboek op, ook omdat Hunt bijna iedereen onderweg aanklampt met vragen over de wind. Verrassend vaak ligt bij bewoners, in regio’s waar de luchtstromen brullen als beesten, de waanzin op de loer. Hunt beschrijft rond Arles ook fraai ook schilder Vincent van Gogh worstelde met de Mistral en er dol van werd. Zelf raakt Hunt onderweg ook even ‘bevangen door de Föhnkrankheit’, maar als de wind weer zwijgt, hunkert hij even later ook weer naar die onzichtbare kracht.

Aan het slot ziet Hunt nog een mooi verband tussen de wind en de wandelaar: ‘Ze trekken van de ene plek naar de andere, totdat ze een staat van roerloosheid hebben bereikt.’

Waar de wind waait, Nick Hunt, uitgeverij, € 21,99.

Foto header: Loes Belovics