De herinnering is het krachtigste wapen dat een mens heeft. Wie niet vergeet, houdt de weefdraden tussen het nu en het verleden intact. Toch is onthouden moeilijk, de tijd stuift allerlei herinneringen onder het zand. Maar soms worden die flarden uit het verleden weer even zichtbaar wanneer een storm door ons leven raast.
Vergetelheid is ook een machtig wapen. Neem een mens zijn identiteit af, wis zijn sporen, zijn geschiedenis en er blijft een ‘niemand’ over. Vergetelheid is het wapen van dictaturen. Daarom blaast Islamitische Staat sporen van oude goden op om op het puin nieuwe tempels te bouwen.
Maar hoeveel bommen mensen ook laten ontploffen, de natuur is een geschiedenisboek dat zich niet laat censureren. Op 2 mei zag ik bijvoorbeeld alweer de eerste klaprozen. De rode bloembladeren kierden tussen het groen van de knop, ze stonden op het punt hun vrijheid te vinden.
Rond 4 en 5 mei kleurt het landschap rood van de klaprozen. Dankzij de klaproos, denk ik altijd aan beide wereldoorlogen. Niet alleen door de bloedrode kleur is het de ultieme oorlogsbloem, het zijn ook pioniersplanten die zich thuis voelen op plekken waar de bodem is omgewoeld. Daarom zie je ze veel op plekken waar wegen of spoorlijnen worden aangelegd . Ook op begraafplaatsen kun je ze vaak zien.
Dankzij die voorliefde voor omgewoelde bodems heeft de klaproos het geschopt tot symbool van de Eerste Wereldoorlog, want op de slagvelden bloeiden overal klaprozen. De Canadees John McCrae schreef er in 1915 tijdens de slag om Ieper een beroemd gedicht over: In Flanders Fields.
Mensen vergeten, maar klaprozen zijn ons nationaal oorlogsgeheugen. Het zaad van de klaproos kan tientallen jaren in de bodem liggen zonder aan kiemkracht te verliezen. Ondergestoven door de tijd liggen de zaden te wachten op een storm, een graafmachine of een bom zodat ze weer aan de oppervlakte komen. En als ze dan bloeien, dan grijpt de herinnering haar kans.