Bosanemonen zijn niet alleen mooi maar dragen ook een belofte in zich: het voorjaar komt eraan! Dus wat is er leuker dan op een mooie, zonnige dag in maart (Roots heeft ze al gespot langs het wandelpad) op zoek te gaan naar deze tere bloemetjes. Dit zijn de 5 beste hotspots…
1. Landgoed Fraeylemaborg in Slochteren
Dat er in Slochteren bosanemonen bloeien, is allemaal te danken aan Hendrik de Sandra Veldtman. Hij gaf rond 1800 opdracht om een deel van zijn landgoed Fraeylemaborg in Engelse landschapsstijl te hervormen en daar hoorde ook het aanplanten van diverse stinsenplanten bij, zoals de bosanemoon. Inmiddels worden de tweehonderd jaar oude bloementapijten gekoesterd: pas na de bloei komt de maaimachine langs zodat ze de kans krijgen om zich volop te vermeerderen.
Waar: Hoofdweg 3, Slochteren, fraeylemaborg.nl. Je kunt zelf in de tuin rondneuzen of meedoen aan een stinsenplantentocht.

Foto: Eric Inghelbrecht
2. Buitenplaats Beeckestijn in Velsen
“Ja, het is hier prachtig in het voorjaar. We hebben veel bosanemonen en daarnaast nog zo’n 54 andere soorten stinsenplanten”, vertelt boswachter Eveline Blok van Natuurmonumenten. “Op buitenplaats Beeckestijn zijn in de loop der eeuwen, sinds het ontwerp van tuinarchitect J.G. Michael in 1772, telkens nieuwe tuinen aangelegd met allerlei soorten exotische planten en bomen. De eigenaren van landgoederen en buitenplaatsen staken elkaar graag de ogen uit met hun nieuwe aanwinsten. Zo zijn de bosanemonen hier waarschijnlijk destijds ook aangeplant. De bosanemonen vermeerderen zichzelf, maar zelf planten we ook nog steeds stinsenplanten, tulpen en andere bollen bij. Zo krijgen we regelmatig historische bollen van de Koninklijke Algemeene Vereeniging voor Bloembollencultuur en de Hortus Bulborum.”
Waar: het park achter het landhuis op buitenplaats Beeckestijn.

Foto: Jolanda Van Velzen
3. Kasteel ’t Nijenhuis in Salland
“Het kasteel ligt bijna in mijn achtertuin, dus ik loop er graag een rondje omheen”, zegt natuurjournalist Monique van Klaveren. “Aan de achterkant staat aan het wandelpad een houten bank met een overkapping, waarschijnlijk door de adellijke familie Bentinck neergezet. Als je daar neerstrijkt, kun je net als de jonkheren en freules van vroeger recht voor je neus genieten van een bloementapijt, de vijver en het kasteel. Alleen het kunstwerk is nieuw, want nu is ’t Nijenhuis een museum met beeldentuin. De bosanemonen en andere voorjaarsbloeiers zijn vermoedelijk pas geplant rond 1895, toen het landschapspark in Engelse stijl is aangelegd.”
Waar: aan de achterkant van Kasteel ’t Nijenhuis, vlakbij Heino. Laat je niet afschrikken door het ijzeren draaihek, het wandelpad is vrij toegankelijk.

Foto: David Brand
4. Oldenzaal in Twente
Al wandelend ten oosten van Oldenzaal kun je in het vroege voorjaar flink wat bosanemonen bewonderen. Vooral bij bosranden is de grond precies humusrijk en vochtig genoeg. Op de beboste Twentse heuvels blijft namelijk regenwater staan dankzij de keileemplaten in de bodem. Ook in het dal van de Snoeyingsbeek groeien ze graag. Dit gebied was eerst een landbouwgebied, maar het is de laatste jaren omgevormd tot natuurgebied. De laatste werkzaamheden zijn net klaar en dan krijgt de bosanemoon hopelijk nog meer kans. Wel dreigt er volgens een rapport van de provincie Overijssel op sommige plekken verdroging in Twente, waardoor ook de bosanemoon het moeilijker kan krijgen al is voor de bosanemoon een humusrijke bodem nog belangrijker dan heel veel nattigheid.
Waar: er zijn veel wandelroutes bij Oldenzaal, onder andere van Natuurmonumenten
5. Natuurgebied Grasbroek bij Sittard
José Hermens van Natuurmonumenten (sinds 1985 eigenaar van het bos en het gelijknamige kasteel) verklaart de aanwezigheid van bosanemonen als volgt: “Grasbroek is een bosgebied, waardoor de bodem humusrijk is en dat is prettig voor deze planten. Bosanemoon verspreiden zich gemakkelijk verspreid door middel van wortelstokken. Gewroet van dieren, zoals vogels en wilde zwijnen, zorgt ervoor dat de wortelstokken verspreid worden. Zo ontstaan die enorme vlaktes aan bosanemonen. Omdat de planten vroeg – al in april – bloeien worden ze niet gehinderd door de schaduw van het bladerdek, die pas net na de bloei ontstaat.”
Waar: Bornerweg 33-35, Limbricht. Tip: loop de wandeling uit Roots maart 2017.
Waar komt die naam vandaan?
De bosanemoon valt onder de stinsenplanten. Deze naam is bedacht door Jacob Botke, een botanicus. In 1931 zag hij bij de Schierstins in Friesland veel voorjaarsbloemen die aangeplant en daarna verwilderd zijn. Stins is overigens het Friese woord voor stenen huis.
Lees hier de blog van redacteur René Alblas over bosanemonen.
Foto bovenaan: Maria van Dijk