Kepen zijn gek op beukennootjes, zoek deze vogels dus vooral in de buurt van, jawel, beukenbomen.
Deze vinkachtige is een van onze trouwste wintergasten. In gemengde groepen met zwermenvinken trekt de keep vooral de aandacht door zijn hagelwitte stuit en aparte, nasale roep ‘kèèèp’. Qua grootte, vorm en gedrag lijken ze veel op de vink.
Ze broeden in grote aantallen in de wouden van Scandinavië en Rusland. ’s Winters zwerven ze uit over een groot deel van Midden- en West-Europa. Soms vinden invasies plaats, waarbij zich op gemeenschappelijke rustplaatsen duizenden kepen tegelijk verzamelen. Hun voorkomen is sterk afhankelijk van het aantal beukennootjes. Zowel de vink als de keep is daar namelijk gek op. Logisch dus, dat je in de buurt van beukenbomen veel kans hebt om kepen te zien.
Foto: Wikipedia / GNU Free Documentation License / Marek Szczepanek