Kun je iets vertellen over hoe de foto tot stand is gekomen?
“Rond maart, april worden na een draagtijd van ongeveer 114 dagen de jonge zwijntjes geboren. Deze worden geworpen in een zogenoemde ketel, het nest van de zeug. Een zeug kan wel tussen de 8-12 jongen krijgen.
De jonge zwijntjes worden ook wel frislingen genoemd. Ze zijn zeer aandoenlijk met hun streepjesvacht en worden daarom ook wel zwijnpyjamaatjes genoemd. Behalve dat het er leuk uitziet, is dit een perfecte camouflage voor de jonge biggen. Na 3 tot 5 maanden verdwijnen deze strepen.
Ik zorg dat ik rond die periode geregeld op pad ga om de zwijnen te zoeken. Het is ook altijd weer spannend om op onderzoek uit te gaan en het blijft altijd weer een uitdaging om ze uiteindelijk te vinden. Het is natuurlijk helemaal mooi om te ontdekken dat ze dan ook weer jongen hebben.
Prachtig om ze te zien rennen en spelen met elkaar, sommige jongen zijn al echte dondersteentjes. Ze dagen elkaar constant uit en al spelend wordt meteen al een beetje de rangorde bepaald.”
Bovenop elkaar
“Van al dat rennen worden de jonge zwijntjes snel moe en hongerig, en als ze uiteindelijk met z’n allen bij hun moeder gaan liggen om te drinken is het een gedrang om als eerste bij de tepels te kunnen. Prachtig om te zien dat ze vaak bovenop elkaar gaan staan en liggen. Hierdoor ontstaan dan vaak dubbele lagen met biggetjes. Zoals je op de foto kunt zien, liggen er nog een aantal onder. En dan is er even dat moment van rust, en dat moment probeer ik dan vast te leggen. Ik ga dan zo laag mogelijk met mijn camera bij de grond om op één lijn met de biggetjes te komen. Hierdoor krijg je het mooiste perspectief. Door al die streepjes van de biggetjes ontstaat er een mooi lijnenspel met een mooie donkere omlijsting van de moeder die er achter ligt. Het licht was prima die ochtend. Soms heb je ook een beetje geluk nodig.”
Wat zijn de technische gegevens van de foto?
“Ik heb deze foto genomen met een Nikon D500 met een Nikon 150/500mm-lens, diafragma f/6.3, belichtingstijd 1/4000 en ISO 4000.”
Wat fotografeer je graag?
“Mijn grote passie is natuurfotografie. Een van mijn favoriete onderwerpen is de Veluwe met al zijn soorten groot wild, zoals edelherten, reeën, vossen, mouflons en zwijnen.
Ik vind het altijd heerlijk om vroeg op pad te gaan. Dan heb je vaak mooi zacht licht, kans op mist en vaak is het ook nog lekker rustig overal.”
Heb je tips? Waar moet je aan denken als je een dergelijke foto zou willen maken?
• “Zou je nou zelf ook dit soort beelden van zwijntjes willen maken, zorg dan dat je een camera met een zoomlens bij je hebt. Doordat je genoeg zoombereik hebt (minimaal 400/500 millimeter) hoef je ook niet te dicht bij de jongen te komen en kun je toch mooie platen maken. Probeer ook een zo laag mogelijk standpunt in te nemen.”
• “Let er dan wel altijd op dat je de zwijnen niet te dicht benadert. Vooral als ze jongen hebben kunnen ze nogal agressief overkomen.”
• “En zorg altijd dat je je rustig gedraagt, op gepaste afstand blijft en zeker niks in de natuur verstoort.”
• “Ga regelmatig op pad, hierdoor vergroot je je kans om iets bijzonders tegen te komen. Maar bovenal: geniet van het buiten zijn!”
Meedoen met de jaarlijkse Roots Natuurfotowedstrijd kan vanaf 1 februari, houd de website in de gaten!
Deze foto van jonge zwijntjes met hun moeder won de hoofdprijs bij de Roots Natuurfotowedstrijd 2021. Hoe kwam deze foto tot stand? Fotograaf Johan Bosman vertelt.